maandag 27 mei 2013

Een kijkje in de keuken van eduScrum



Een “buitenstaander” over eduScrum
Homepage

Willy Wijnands van eduScrum heeft tijdens een bijeenkomst op de TU Delft voor docenten informatica laten zien hoe hij scrum in het onderwijs inzet. Het sprak mij aan, maar ik wilde het ook met eigen ogen zien. En dus heb ik gevraagd of ik samen met 2 studenten van de opleiding een kijkje mochten nemen bij Willy in de klas, op het Ashram College....

Ik heb de studenten van de opleiding gevraagd te kijken naar hoe eduScrum invulling geeft aan drie basisbehoeften van leerlingen om te kunnen presteren: autonomie, competentie en relatie. Het gaat er mij namelijk vooral om: wat maakt dat dit werkt?
Autonomie.
De leerling krijgt veel ruimte om het leerproces zelf vorm te geven. De docent maakt duidelijk WAT hij verwacht van de leerlingen: dan en dan een toets, een deadline voor een PO met die en die eisen, etc. De leerlingen bepalen HOE. Welke opdrachten gaan we maken als voorbereiding, hoe verdelen we het werk voor de PO, etc. De leerlingen voelen zich eigenaar van het leerproces.
Competentie.
De leerlingen leren wat hun kwaliteiten zijn door het samenwerken in een team. Ze moeten regelmatig reflecteren op het proces en het samenwerk, vragen zich af, wat gaat goed, wat kan beter. Ze worden zich steeds meer bewust van hun eigen leerstijl.
Relatie.
De docent heeft veel tijd om gesprekken aan te gaan met de leerlingen, individueel, of als groep, en kan daarbij begeleiden in het leerproces. De leerlingen werken samen in groepjes, van steeds verschillende samenstelling, en leren elkaar daardoor ook beter kennen.
Conclusie.
eduScrum geeft dus ruimte om aan deze drie basisbehoeften invulling te geven."
Eigenaarschap.
We hebben gezien dat Willy veel verwacht van zijn leerlingen, en checkt of ze zich aan hun eigen planning houden. Willy geeft feedback door inhoudelijke vragen te stellen in een groepje, of door een tussentijds toetsje. Hij hamert op het goed toepassen van het proces, en het goed bijhouden van “de flap”. Hij creëert een veilige sfeer, en accepteert niet dat leerlingen niet nuttig bezig zijn. Hij besteedt veel aandacht aan het belang van samenwerken. En hoewel Willy duidelijk de baas is in de klas, geeft hij ze ook veel vertrouwen en vrijheid. En dat maakt dat leerlingen zich eigenaar voelen van het leerproces.

Martin Bruggink, TUDelft.